De wereld verlichten
Door onwetendheid te bestrijden
Andre Meiresonne
19-12-2022

De boekhandelaar van Florence. Een boek van Ross King, de Canadese schrijver die (kunst)geschiedenis tot leven kan wekken. Je ziet het voor je, in dit geval een boekhandelaar die nog gelooft in manuscripten. Volgens Vespasiano de Bisticci is een handgeschreven boek mooier, en dus beter, dan een gedrukt boek. Geestig dat hij nu bekend wordt door een gedrukt boek, of erger, een e-book.

Vespasiano was behalve zakenman ook een idealist. Een lastige combinatie – tenminste, wanneer je rijk wilt worden. Maar dat boeide hem minder. Hij had een missie: de wereld verlichten. Op zijn manier wilde hij bijdragen aan het verdrijven van de duisternis. Die duisternis bestond wat hem betreft uit onwetendheid. Sterker nog, kwam daar uit voort. En diende bestreden te worden, want: ‘Al het slechte komt voort uit onwetendheid’. 

Hij hielp de wereld te verlichten door onwetendheid te bestrijden. 

Onwetendheid bestrijden 

‘Er zijn schrijvers die de wereld hebben verlicht en de duisternis hebben verdreven’, stelde Vespasiano. En die schrijvers gaf hij uit. Herontdekte Griekse en Romeinse filosofen, vroegchristelijke kerkvaders en Italiaanse denkers uit de Renaissance. Door meer kennis zouden we een betere wereld kunnen krijgen. Bijgestaan door een werkplaats vol schrijvers, illustratoren en ambachtslieden, produceerde hij onvermoeibaar schitterende, maar ook kostbare manuscripten. En zeg maar gerust: onbetaalbaar. Vespasiano produceerde voor de allerrijksten. Want alleen koningen (en hun duurbetaalde legerleiders), pausen en bankiers konden zich zijn handgeschreven, geïllustreerde boeken permitteren. Vespasiano was trots dat complete bibliotheken werden ingericht met zijn producties. Door zijn boeken hielp hij de wereld te verlichten en zo de duisternis van de onwetendheid te bestrijden. 

Honger naar kennis

Toch leek het grotere plaatje hem te ontgaan. Want terwijl Vespasiano met de hand de allermooiste boeken maakte, werd de boekdrukkunst uitgevonden. Aan de andere kant van Florence maakten nonnen op een tweedehands drukpers boeken aan de lopende band. Boeken die hun weg vonden naar mensen die het minder breed hadden, maar ondertussen wel hongerden naar kennis. Boeken waardoor kennis zich sneller ging verspreiden, kennis waartoe mensen tot dan toe geen toegang hadden. Kennis raakte gedemocratiseerd.

Vespasiano had zelf ook last van onwetendheid.

Last van onwetendheid 

Vespasiano’s leven was succesvol en tragisch ineen. Hij was bevriend met de machthebbers van zijn tijd (althans, de humanisten onder hen). Hij was een geboren diplomaat, stond op goede voet met mensen die elkaars vijanden waren. Hij koos geen partij in alle strijd op leven en dood, gebruikelijk in het vijftiende eeuwse Italië. Maar grote delen van door hem samengestelde collecties werden vroeg of laat geroofd en bibliotheken gingen in vlammen op – zo ging dat vijfhonderd jaar geleden. Maar er was meer. Vespasiano had zelf ook last van onwetendheid. Hij maakte zich druk over de kant die het opging met de wereld. En de ellende om hem heen (van oorlog en honger tot de pest) zag hij als een straf van God, voor het verderfelijke gedrag van het volk. Het zou niet zover gekomen zijn, wanneer mensen zich hadden gedragen volgens aanwijzingen van wijzen uit de oudheid. En daarin klonk hij niet anders dan de katholieke (en later protestantse) moraalridders uit zijn tijd. Menselijke ellende als wraak van God.

Net een mens

Wat kwam er nou terecht van Vespasiano’s hooggestemde idealen? Van de wereld verlichten en de duisternis verdrijven? Hij leverde zijn bijdrage. Was een van degenen die de kennis van de Antieken weer boven liet komen. Hamerde op het belang van kwaliteit en schoonheid. En bewees de wereld daarmee een dienst. Een dienst die nog steeds nagalmt – nu in de vorm van een schitterend geschreven biografie. En toch was het ook een mens. Behept met zijn trekken, en net als ieder ander: onwetend. 

Bescheidenheid is wat ons rest.

De duisternis verdrijven 

Weten dat we het niet weten is lastig om te accepteren. Zeker wanneer je weet dat niet-weten tot veel ellende kan leiden. Immers, ‘Al het slechte komt voort uit onwetendheid’. En juist wanneer je denkt we je allemaal op een rijtje te hebt, ligt hoogmoed ligt op de loer. Want neem nou die verstandige, humanistische Vespasiano. Ook hij ontkwam niet aan bijgeloof. Wat rest ons dan? Bescheidenheid. Geloven dat we allemaal ons best doen. En dat we niet alles hoeven te weten – niet kunnen weten. God Only Knows. Ook een manier om te duisternis te verdrijven.

(Eerder verschenen op Remonstranten Sommelsdijk)